Route van Kudu Ridge naar Cintsa
Route van Kudu Ridge naar Cintsa

Vrijdag 4 maart 2016, Cintsa

 

Mijn backpack zat volgens afspraak voor het ontbijt van 6.30 uur in de truck. Er stond een tweede 'game drive' gepland in het Addo Elephant National Park. Ik kon niet wachten, nam me voor om vandaag meer filmpjes te maken.

Het was vroeg toen we het park betraden. Ideaal om wild te spotten.

Een groep 'duikers', een kleine hertensoort, was het eerste dat we zagen. De kleine hertjes maken tijdens het rennen duikachtige bewegingen. Niet op beeld te vangen zo snel.

Het Addo is in totaal 180.000 hectare groot. In 1919 heeft Philip Pretorius hier in opdracht van de regering 120 olifanten gedood. Slechts 15 dieren wisten te ontsnappen. Pretorius ving 2 baby olifanten, die hij verkocht aan een circus. De plaatselijke bevolking kwam naar aanleiding hiervan in opstand en vroeg de regering de olifanten te beschermen. In 1931 werd het Addo uitgeroepen tot National Park, toen 68 vierkante km. Er werd een voederplaats gecreëerd, die toeristen trok. Er werden olifanten 'geïmporteerd' vanuit het Kruger Park. In 1988 telde het park 265 olifanten, vandaag de dag zijn dat er 450.

Wat ik die dag zag is te veel om hier te laten zien. In de jeep maakte ik een lijstje van de dieren die we spotten: mangoos, koedoes, antilopen, duikers, reebokken, wildebeesten, jack hackel, roofvogels, wrattenzwijntjes, olifanten en zebra's. (zucht) Wat een belevenissen.

Vervolgens reden we een feeërieke B-route van 240 km in plaats van de Highway.

Bij de ingang van onze nieuwe verblijfplaats, Areena Resort, stond een indrukwekkend ontvangstcomité te wachten; 2 elanden, een groepje koedoes en antilopen. Er was geen tijd voor een fotostop, want we waren laat en anders zou Onery, onze kok, geen licht genoeg hebben om het avondeten buiten te bereiden. Bert stelde voor om direct na het uitstappen samen terug te lopen om de dieren alsnog te vereeuwigen met een foto. Toen dat eenmaal zo ver was, was de schemering al flink ingezet.

Wandelend vertelde ik Bert dat je moet oppassen voor elanden. Tenminste, de Canadese kunnen zich naar mensen behoorlijk chagrijnig gedragen. Terwijl ik dat vertelde, stond Bert plotseling stil. Voor zich uit kijkend zei hij 'Oh jee, ik zie een giraf'. Links naast het pad waar wij liepen, stonden tussen het struikgewas drie giraffen. De imposante dieren torenden hoog uit boven de struiken. We draaiden ons rustig om en liepen terug, maar niet voordat we een foto hadden gemaakt. Norman, onze gids, vertelde ons later lachend dat de dieren tam zijn. Wel een verhaal voor bruiloften en partijen. Bert en ik besloten het verhaal daarvoor iets aan te passen: in plaats van 'Oh jee, ik zie een giraf' zou Bert gezegd hebben "Oh jee, we staan onder een giraf'...

Wat een schitterende dag.

Lees meer op de volgende pagina, zaterdag, 5 maart 2016

Mijn naam is René Tap. Ruim 35 jaar houd ik een handgeschreven dagboek bij. Niet dat ik elke dag in het dagboek schrijf. Het dagboek is bedoeld om genietmomenten vast te leggen en her te beleven. Die genietmomenten variëren van bijzondere vakanties tot alledaagse - ogenschijnlijk onbelangrijke - momenten.

 

Bij de teksten in het dagboek plak ik van alles. Mooie plaatjes die een associatie hebben met de tekst. De omslag van een volgeschreven dagboek bewerk ik, zodat het boek een persoonlijk 'journal' wordt. klik hier

Dagboek 4: 21-07-2005 t/m 30-08-2006

Een bijzonder vakantieplan voor 2014 (Canada) deed me besluiten om ook een dagboek in digitale vorm te starten. 

 

Wie mijn website volgt, maakt kennis met hoe ik in het leven sta en met de dingen waarvan ik geniet. Enjoy!

 

Leuk als je wilt reageren op wat je leest! klik hier