Zondag, 19 augustus 2018, Isabela
Ontbijt om 6.00 uur. Markus had ons het dagprogramma tot in detail uitgelegd. Aan de haven zouden wij en onze bagage grondig gecontroleerd worden op flora en fauna. Er mocht zelfs geen modder aan je schoenen zitten. Het zou zaadjes kunnen bevatten, die de flora op een ander eiland zou beïnvloeden. Flora en fauna zijn op elk eiland uniek. Het is onwenselijk soorten van planten en dieren te mixen. De controle werd gedaan door een hond. De hond kon ook drugs vinden. Het ging er behoorlijk staccato aan toe, waardoor er geen tijd was om een foto te maken. Eenmaal door de controle voeren we in een watertaxi naar de openbare speedboot 'Lancha Rápido'.
Het werd 'a bumpy ride' van 2 uur. Markus had ons al gewaarschuwd. Links achterin zou je last hebben van opspattend water. Voorin zou je eerder last hebben van zeeziekte. Rechts achterin zitten lukte niet, maar ik had nergens last van. Margriet zei die avond dat ze met stomheid had zitten kijken hoe ik mijn nagels had zitten vijlen, terwijl zij strak naar de kim moest staren om niet misselijk te worden.
Eenmaal aangekomen op Isabela, checkten we in de Cally lodge in Puerto Villamil. Kort na het inchecken vertrokken we naar de Flamingo Lagoon, een van de belangrijkste broedplaatsen van de flamingo's.
We maakten een magnifieke wandeling door het broedgebied van de flamingo's. Ik zag veel vogels en kleurige salamanders. De rode keel van de vrouwtjes betekent dat ze klaar zijn om te paren.
De reis ging verder naar het Giant Tortoise Breeding Center. In dit broed centrum worden weer andere soorten reuzenschildpadden gefokt dan op Santa Cruz. Ik zag reuzenschildpadden van een paar maanden oud tot zeer oude. Het is niet zeker hoe oud een schildpad wordt, maar de wetenschappers schatten zo'n 150 jaar.
De broed centrums op de Galápagos doen weinig aan marketing om sponsoren aan te trekken. Sponsoren zijn er volop, maar er liggen nog altijd veel onderzoeksvoorstellen en broedprogramma's te wachten.
Na de lunch stond er een boot voor ons klaar. De kapitein voer ons naar het onbewoonde eiland Tintoreras. Daar maakten we eerst een wandeling van 3 kwartier over het eiland van rotsachtige landschap. Het heeft ook een wit zandstrand, waar zeehonden leven. Maar het meest bekend staat het eiland om de duizenden zeeleguanen en de rode krabben, die rusten op de rotsen. Toen we op Tintoreras aanvoeren, werden we begroet door pinquïns en blauwvoet-genten. Jammer voor de foto's dat het een bewolkte dag was, maar wow, wat een belevenis.
Terug bij de boot ging het wetsuit aan. Markus had gezegd dat je ook zonder wetsuit kunt snorkelen. De temperatuur van het water is 21 graden. Maar ik weet uit ervaring dat het fijner is om een wetsuit aan te hebben. Je houdt het gewoon langer warm. Ik was blij dat ik de spullen (voor bij elkaar $ 10) had gehuurd. Zonder het koud te krijgen lag ik ruim een uur in het water. Armen over elkaar en kijken maar: naar de schildpadden, roggen, egelvissen, een inktvis en naar de vissen. Het was fantastisch! Margriet maakte onderwaterfilmpjes, 1 waar ik op sta met de reuzenschildpadden (zie hieronder).
Net toen we terug in de boot waren van het snorkelen, zwom er vlak langs de boot een familie zeehonden. Vlak daarna zwom heel gracieus een haai voorbij. Bij het uitstappen, terug in de haven, zag ik een mantra. Mijn hemel, wat een sensaties.
's Avonds aten we in select comité in het stadje. We liepen bij het 1ste restaurant weg, want er deugde van alles niets. Focko zag dat restjes saus van afgeruimde tafels bij elkaar in een schaaltje werd gedaan voor onze tafel. Heb ik geloof ik niet eerder meegemaakt. Het 2de restaurant was beter. Leuk om met elkaar na te praten over de enerverende dag.