Eerste bestemming van de dag was Twin Falls, de 2 watervallen die we nu (in tegenstelling tot gisteren) net voor binnenkomst van de stad (Smithers) zonder moeite vonden. Het was een milde, maar bewolkte dag vandaag. De Tomtom gaf aan dat we 380 km moesten rijden naar Prince George.

Als enige tussenstop - een kleine omweg van 50 km - was Fort St. James gepland, een oude Trading Post. Hudson Trading Post was een plek waar in 1896 de handel ontstond van vele producten van dieren die de omgeving rijk was; huiden en vlees - alles van de dieren werd gebruikt - van bevers, marters, stinkdieren, eekhoorntjes, zalm, maar ook beren, vossen en lynxen werden in de omgeving gevangen en geëxporteerd naar Amerika en Europa. De reis van de goederen startte over het Stuart Lake, waar Hudson Trading Post aan gelegen was, en werd via andere meren en zeeën naar de plaats van bestemming gebracht. Voordat de boten terug waren uit Europa was er 1 jaar verstreken!

De rondleiding van de vriendelijke gids die 45 minuten had moeten duren, liep uit tot 2 uur en 10 minuten. Aan het einde van de tour was ik tot op mijn botten koud.

Om 18.00 uur begonnen we aan de laatste 159 km. We zagen weer een beer langs de kant van de weg zoeken naar eten. Een zwarte beer.

Ook zagen we veel grote vrachtwagens die hout vervoerden. Blijft indrukwekkend.

Om 19.30 uur bereikten we heel gemakkelijk Coast Inn of the North, onze verblijfplaats voor de komende nacht. We aten in het Japanse restaurant van het hotel een heerlijk menu. Het lekkere flesje Chardonnay kwam flink binnen: ik was moe.

Lees verder op de volgende pagina, vrijdag 12 september 2013